Van 17 februari tot 24 april brengt de Botanique hulde aan een van de Belgische meesters van de fotografie uit de afgelopen eeuw, Norbert Ghisoland. Ghisoland werd in 1878 geboren als zoon van een mijnwerker en fotografeerde haast veertig jaar lang de inwoners van de Borinage. Via zorgvuldig samengestelde portretten bood deze "antropoloog tegen wil en dank" zijn tijdgenoten de kans om voor de duur van een foto hun bescheiden levensomstandigheden te ontvluchten.

Dankzij de snelle evolutie van de fototechnieken konden de productiekosten van elke foto aan het einde van de 19de eeuw aanzienlijk verminderd worden. Een portretfoto was niet langer een voorrecht van de rijkere klassen. De fotostudio s bloeien, zelfs in de armste streken.

In Frameries, waar Ghisoland zich vestigde, kreeg hij vooral mijnwerkersgezinnen voor de lens. Ze lieten de blijdste of plechtigste momenten uit hun bestaan vereeuwigen: uiteraard doopsels, communies en huwelijken, maar ook gebeurtenissen die voor ons een vaak anekdotisch karakter hebben, zoals een sportzege, een bijzonder geslaagde verkleedpartij, de aankoop van een nieuw pak,...

Het decorum lijkt rechtstreeks afkomstig uit de zuiverste traditie van de kunstgeschiedenis, en de modellen waren steeds helemaal opgedirkt. Maar als je doorheen de kitscherige praal kijkt, verraden de ontbrekende hemdsknopen, de versleten schoenen of de trieste blikken soms de kwetsbaarheid en de hardheid van hun bestaan.

De door Ghisoland zorgvuldig geënsceneerde portretten zijn afwisselend amusant en ontroerend, en verlenen steeds een vorm van elegantie en waardigheid aan de modellen. Ghisoland beschouwde zichzelf zeker niet als een kunstenaar of een getuige van zijn tijd. Zijn enige ambitie was zijn cliënten het beeld bieden waar ze van droomden. Toch laat hij een bijzonder krachtig oeuvre na dat vandaag de dag internationale faam geniet. Zijn enorme productie (van de 90.000 originele platen resten er slechts 45.000) werd in 1969 bij toeval op zolder ontdekt door zijn kleinzoon.

Sindsdien werden er talloze tentoonstellingen in België en in het buitenland aan gewijd, meer bepaald een retrospectieve in het Palais de Tokyo in Parijs in 1991, en verschillende publicaties waaronder een monografie die datzelfde jaar verscheen in de verzameling Photopoche.

Naar aanleiding van deze tentoonstelling, ontwikkeld in samenwerking met de kleinzoon van de auteur, Marc Ghuisoland, stelt het Museum van de Botanique talloze nooit eerder geziene en onbekende platen voor aan het publiek, alsook een nieuwe catalogus gewijd aan de tentoonstelling.

Info:
Botanique, Koningsstraat 236, 1200 Brussel

Afbeeldingen:
Foto's van Ghisoland (c) Botanique